``Een ontdekkingstocht langs de restanten van de mijnbouw.``

Onze regio kent een rijk en woelig mijnverleden. Op diverse plaatsen werd op grote schaal mijnbouw bedreven, veelal steenkool maar ook zink. Het was de motor van de economie, maar daar kwam in de jaren ’70 en ’80 een einde aan. De transitie naar een nieuwe economie was een enorme opgave, met ups en downs. Waar in Nederland de meeste sporen zijn uitgewist, koos men in België voor behoud en herontwikkeling. Zo bieden de toeristische trekpleisters C-Mine in Genk en de mijnsite in Blegny een waardevolle inkijk in het verleden en benadrukken ze het belang van ons industriële erfgoed. Ze dienen niet alleen als herinnering aan de mijnbouwgeschiedenis, maar ook als inspiratiebron voor nieuwe initiatieven.

Dit erfgoed koesteren wij en daarom stuurden wij onze routebouwer Nas-Raddine Touhami weer voor jullie op pad. Het resultaat is een uitdagende route van 90 kilometer met 1100 hoogtemeters, over wegen én enkele gravelstroken om de ontdekkingsreis in deze prachtige regio compleet te maken. Geen zorgen, onderaan deze pagina ook een route zonder gravelstroken.

De volgende hoogtepunten ga je tegenkomen tijdens deze route:

  • Daalhemmerweg
  • Tunnel Dalhem
  • Mijnsite Blegny
  • Birven
  • Gérardsbroich
  • Cotessen (Camerig-zuid)
  • Beversberg
  • Gerendal

ROUTE DOWNLOAD OPTIES

  1. Kijk voor deze en meer routes op onze Komoot pagina: HIER

Startlocatie:

Shimano Experience Center in Valkenburg

Lengte:

90 km

Hoogtemeters:

1100 HM

Moeilijkheid:

4/5

De route

In het wielermekka van Nederland start onze route, om precies te zijn bij het Shimano Experience Center in Valkenburg. De benen gaan vrijwel direct op spanning met de beklimming van de Daalhemmerweg. De oplettende kijker zal dan aan de linkerkant een ingang van de ‘steenkoolmijn’ zien staan. Van steenkoolwinning is nooit sprake geweest in Valkenburg. Het grottenstelsel is er tot stand gekomen voor mergelwinning. In 1916 besloot men er een steenkoolmijn na te bouwen om bezoekers een levensecht beeld te geven van de Limburgse mijnbouw.

Langs de glooiende velden op het plateau van Margraten zet de route koers richting het zuiden. Hoe dichter bij de Belgische grens, des te meer voeren autoluwe wegen zoals de Molenweg naar Bergenhuizen de boventoon.

De afdaling langs kasteel Altembroek markeert de grens. Pas hier wel op: de weg is vrij hobbelig en er zijn tot eind 2024 werkzaamheden. We kiezen dan ook voor een afkorting over gravel. De eerste in een reeks gravelstroken die ook op een wielrenfiets met ten minste 28mm banden goed rijdbaar zijn.

Over een nieuw fietspad beland je in Waalse Warsage, waar de bunkers in het veld nog stille getuigen zijn van WOII. Dat is niet het enige stukje geschiedenis. In Mortroux volg je letterlijk het spoor naar Dalhem. De in 1898 geopende spoorlijn 466 deed tot 1945 dienst als buurspoorweglijn en nadien was het de beurt aan de steenkolen die gedolven werden in de mijn van Blegny. Dit eindpunt van de lijn bereik je al klimmend en via de prachtig gerestaureerde tunnel van Dalhem.

Eenmaal boven kun je niet om de mijnsite van Blegny heen kijken. De zwarte mijnterril torent hoog boven het landschap uit. Blegny-mine is door UNESCO erkend als werelderfgoed en is één van de vier authentieke steenkoolmijnen in Europa waar de ondergrondse galerijen nog toegankelijk zijn voor bezoekers. Ook bovengronds is er veel van het geconserveerde erfgoed te aanschouwen. De route voert je dan ook over dit terrein.

  

Na deze geschiedenis te hebben opgesnoven, is het tijd voor het betere klimwerk in het Land van Herve. Het is hier nergens vlak en soms behoorlijk steil. Vergeet tijdens het afzien niet te genieten van de prachtige vergezichten. Stilaan bereikt de route zijn absolute hoogtepunt van 342 meter. Voor je die bereikt, krijg je nog de kuitenbijter Birven voor de wielen geschoven.

Het zwaarste deel is in Henri-Chapelle achter de rug. In dalende lijn kom je in de Geulvallei, waar de imposante spoorbrug van Moresnet de oversteek maakt. Over Ravel 39 kom je uit in Plombières. Ook hier is een mijnverleden, in functie van de staalfabrieken in Luik. Van medio 19e eeuw tot 1922 werd hier zink en lood ontgonnen.

Een 250 meter lange gravelstrook voert je de verscholen vallei van Gérardsbroich in, waarna de asfaltweg stevig bergop loopt. Het is de laatste hindernis op Belgisch grondgebied. Op camping Du Vieux Moulin steek je de grens weer over en begint meteen ook de klim van Cottessen. Een pareltje dat uitkomt bij het terras van Buitenlust op de Camerig. Een mooie plek voor een tussenstop voordat de finale aanbreekt.

Via Bommerig en Mechelen kom je uit op de voorlaatste gravelstrook van de dag. De weg is hier onverhard maar doet eerlijk gezegd weinig onder voor asfalt. Het is een mooier en vooral ook veiliger alternatief voor de drukke doorgaande weg naar Partij en Gulpen.

De relatief onbekende Beversberg is de finaleklim. Wie hier nog fris zit, kan genieten van een prachtig uitzicht over het idyllische Heuvelland. In Scheulder niet de weg naar Sibbe maar de duik naar het wonderschone Gerendal. Bergaf over asfalt, kortstondig gravel om erna over een nieuw stuk asfalt het dal te doorkruisen tot in Oud-Valkenburg. De laatste 3 kilometer naar de finish kan de spanning van de benen.

Veel rijplezier!